header Essenbeek
header Essenbeek beheer

Essenbeek 125 jaar!

In een oud boekje met notities van Z.E.H Borgenon, lazen wij:

In 1873 kwam Monseigneur Goossen Eschenbeek bezichtigen, en een plaats voor de kerk kiezen. Deze plaats werd gekozen... de beste van gans Esschenbeek. Zij werd bekomen en door de notaris beschreven. Het gansche hectaar - 7 aren en 9 centiaren ...

Gelijk men kan denken zal de bevolking van Esschenbeek in den beginne maar zeer gering en arm zijn geweest. In het jaar 1619 wanneer Albrecht en Isabella Esschenbeek tot heerlijkheid oprichten ten voordele van de eigenaars van het Kasteel waren in Esschenbeek maar 25 huttekens (volgens den akt van de oprichting in de archieven van der stad Jalle). In 1874 was de bevolking gekomen tot 1560 zielen. sedert 1899 is zij gekliommen tot 2231.

Zij overtreft tegenwoordig de 3300(dit was in 1930!). Zeer arm moet de bevolking eerst geweest zijn; zij was nog arm in 1874 en zij waren grotendeels huurlingen van de groote Heeren.

Tegenwoordig zijn de inwoners(d.i. 1930) natuurlijk meer bemiddeld, velen zelfs worden eigenaars. Immers zij winnen veel geld in de fabrieken en ijzerwegen, alsook bij alle soorten van ambachten buiten de parochie. Zij kopen land en bouwen huizen. Zij zouden nog veel meer bemiddeld zijn, maar in het begin der fabrieken het geld nog niet gewoon zijnde..., werd er algemeen zeer veel gedronken en in de karen 1874 was dit spel voorgoed aan de gang. Er was in die jaren zoveel werk in de fabrieken dat de werklieden overvloedig keus hadden. Zij werkten dan ook als het hun beliefde. Van 's Zaterdaags 's avonds tot Didsdags waren er velen die hun loon opdronken.

Hier te Esschenbeek was het aantal herbergen geklommen tot vijftig en het grootste deel was vol met vrouw- en mansvolk, allen doorheen. Zaterdag, Zondag, 's Maandags en dikwijls 's Dinsdags zag men de benden over straat loopen en dronkaards liggen aan alle hoeken en kanten. Niettegenstaande dat, is de dronkenschap merkelijk verminderd en de ganse bevolking spaart in de zondagsschool - in den onderlingen bijstand en op hun eigen - direckt op de post.

Bij gevolg der vroegere armoede hier waren en ten allen tijde vele craconiers en stroppenleggers. De naam van een afdeeling van Esschenbeek dat vroeger bosch was - Maasdal genoemd; hetgeen men maf vertalen: stroppen - garen - dal - -geeft dit te kennen. De overlevering getuigt dit. In de jaren 1874 waren er nog heel veel braconiers en stroppenleggers rond Halderbosch - lieden die dikwijls gestraft en vervolgd werden. Zij zijn verminderd, maar er zijn er nog...

ONTSTAAN DER PAROCHIE

Prins Karen van Arenberg gaf in 1873, 5.000 Fr. voor de pastorij te bouwen en later in 1886 nog 5.000 Fr. voor het bouwen van der nieuwe kerk. Hij stichtte later in 1888 - 2missen te zingen op vrije uur - eene op St Julia ter intentie van de princes en een op St Charles - dus den 16de Februari en den 4de November. In 1896 gaf de princes een venster op het koor ter gedachtenis van haren overleden man. Halle was een heerlijkheid en had een kasteel. De graven van Henegouwen en hunnen latere opvolger tot het jaar 1652 waren er de Heervan van. Esschenbeek behoorde hen toe. Op Esschenbeek bestaat het bosch Kapittel van St Waltrudis van Bergen behoorde. Ter oorzake der slechte natuurlijk en hobbeligheid van den bodem, gelijk het nu nog is, zal op zijn grote uitgestrektheid altijd vosch geweest zijn. Het heeft een merkwaardige geschiedenis - verbonden met de geschiedenis van het hooger vernoemd Kapittel van St Waltrudis en van de graven van Henehouwen, opperheeren van Halle. Eerw. H. Deken van St Waltryudus van Bergen, M. Lema ître, heeft mij desaangaande een uittreksel bezorgd uit den Chartier van St Waltrudis berustend onder de archieven van den staat te Bergen, behoudende verschillende handvesten gemerkt: Halle nrs 1 tot 27.

Volgens dit uittreksen zouden er in de 8ste eeuw spraak geweest zijn van Halderbosch. Mr Deken zegt: (we lezen in nr10)

Le 10 août 1229 le Chapitre de St Waudru garantit a Léon Chatelain de Bruxelles sont droit dans les dimes en dans les autres revenus - si une nouvelle paroisse est établie dans le bois de Hal, attendu qu'il al accordé d'y pouvoir aves le Chapitre...

Volgens al deze teksten was het eene verdeeling van het Halderbosch tussen de kerk van St Waltruidus van Bergen - Thomas, graaf van Vlaanderen en Henegouwen en zijn vrouw - en Leones, kasteelheer te Brussel. Deze hadden van het bosch elk het derde deel. Doch dezelfde maand Augustus van hetzelfde jaar deden Leones en zijn zon afstand van hun derde deel aan de graaf van Vlaanderen. Sedert 1239 dan hoorden Halderbosch toe voor 1/3 aan het Kapittel van St Waltruidus te Bergen en voor 2/3 aan de graven van Vlaanderen en Henegouwen. Deze verdeling bestond nog toen de familie van Arenberg, Heer van Halle werd en bijgevolg Heer en eigenaar van Halderbosch is geworden.

 

DE NAAM: ESSENBEEK

We vinden in den loop der geschiedeniseen heele verscheidenheid van schrijfwijzen. Dit komt voort uit het feit dat ons dorp, gansch Vlaamsch van oorsprong, nochtans toebehoorde aan Waalsche bezitters. De rentmeesters schreven dan op het gehoor den naam in hunne dokumenten en rekeningen en de schrijfwijze verschilde naar gelang de vertrouwensman der Heeren al of niets iets afwist van de Vlaamsche taal. Alzoo vinden wij in oude dokumenten volgende benamingen: Esschenbeke(1418) - Escaubeq(1474) - Escaubecque - Escoubeke - Scaubecq - Schabbeek, enz... Sommige deze schrijfwijzen zijn ook wel tot stand gekomen in verwarring of vergelijking met Waalsche plaatsnamen. Zo bestaat er nabij Braine-le-Comte een plaatsje Scaubecq genaamd - vroeger Escaubeque (zie Rijksarchief nr 45458). Maar dit is reeds geschreven geschiedenis. Om het echte ontstaan zelf van het 'dorp' als dusdanig te kennen is het nodig de betekenis van de naam zelf na te gaan en te onderzoeken wat diens naam verwekt heeft. Esschenbeek komt van Essche en Beek. Eschdorp(Dworp). Esch (=Latijn), weinig vruchtbare grond toebehorende aan zowat iedereen, zonder afsluiting en dicht bij een doro gelegen. Beek = Beki (Frankisch: Baki).

ESSENBEEK EN HALLE

Karel van Arenberg, Heer van Halle, werd eigenaar van Hallerbosch door de vrede die gesloten werd in het congres van Munster. Immers Philips - koning van Spanje(gedwongen door de tijdsomstandigheden) - stond aan Orange toe tot zelfs eenige bijzondere eigendommen voor de welke de Koning de eigenaar moest schadeloos stellen. De schoone eigendom van Karel van Arenberg, de Baronij en het land van Zevenbergen viel daaronder. Deze prins stemde toe om den Koning uit de moeilijkheden te helpen. Ziehier de voorwaarden: Philips beloofde aan den Hertog van Arenberg een schadeloosstelling van 1.200.000 gulden binnen de twee jaar te betalen met den grondpand op de steden en grondgebieden van Halle, 's Gravenbrakel, enz... Philips spande alles in wat mogelijk was om vòòr het einde der 2 jaren de schadeloosheid te kunnen betalen, maar tevergeefsch ...Zo eischte het Huis van Arenberg dat de steden Halle en 's Gravenbrakel in opebare veiling werden te koop gesteld. Dit geschiedde den 14 November 1682 in het 'Gulden Vlies' te Bergen. Esschenbeek: Spaans bezit verkocht aan het huis van Arenberg. De hertog kocht die goederen (Halle + 's Gravenbrakel) en werd zo eigenaar van Halle en Halderbosch. De akt van aflevering gedaan in naam Koning (van Spanje) door B. Leroy op 14 Jan 1655 van al de rechten van de nieuwe eigenaar op het grondgebied en buiten de stad Halle - erkent dat het bosch 900 bunders groot was - waarvan 1/3 hoorde aan het Kapittel van St. Waltruidis en 2/3 aan de hertog Charles van Arenberg.('Geschiedenis van Halle', door L. Everaert, Fransche uitgave, 1879, bld. 359, annexe V.) De tegenwoordige eigenaresse is Julie Hunyady, princes Douairière van Karel, prins en hertog van Arenberg, zoon van Hertog Prosper, overleden in juni 1896. Het Halderbosch telt tegenwoordig maar 600 Ha. Maar daar liggen bewerkte goederen rond en dan ook het bosch genoemd 'Bois dus Vaillard' dat op Waterbrakel ligt, aan Halderbosch vasthangt en ook aan Prins Karel van Arenberg toebehoort. Hoe het derde deel, eigen vroeger aan het Kapittel van St Waltruidis, aan de Arenbergen gekomen is, kan ik niet thuis brengen. In 1979 hield het Kapittel op te bestaan. Hebben de Arenbergen met de algemene verkoop der kloostergoederen dit Kapittel gekocht? Laatst werd ontdekt dat het huis van Arenberg het 1/3 deel van St Waltruidis heeft gekocht van het Syndicat d'Amortissement de St Waudru: rekening der regie van Halle van 1831. Maar wat was dat Syndicat.

DE LEENHEERLIJKHEID ESSENBEEK

Willem van Beveren, graaf van Henegouwen, heer van Halle kwam op 19 juli 1357 uit godsvrucht het miraculeus O.L.V. Beeld te Halle bezoeken. Te dier gelegenheid schonk hij menigvuldige voorrechten aan de stad: o.a. stond hij haar voor eeuwig al de heiden af die op haar grondgebied gelegen waren, onder voorwaarde aan zijne nazaten een jaarlijkse rente van 5 pond blanken te betalen en van aan de inwoners toe te laten zavel te halen in de Krekelheide. Het grootste gedeelte dier heiden, die den naam droegen van Heerlijkheid der oude heiden of der Bosschen, was in 't gehucht Essenbeek gelegen. In de brochure uitgegeven in 1924 (vijftigjarig jubelfeest), lezen wij: Rond de jaren 1800 werd de heerlijkheid van Esschenbeek verkocht aan de familie de Burtin. Deze heeft de titel van Ridder van Esschenbeek mogen dragen tot den 24 Oktober 1857. Die familie heeft het kasteel laten vervallen en den 1 April 1878 om 1 uur is de toren ingevallen. Hij was gescheurd oost- en westkant van onder tot boven. De zuidkant is helemaal geklonken tot op de grondlagen, men heeft de noorkant dan met poeder doen springen. De vijver rond het kasteel en ade andere vijvers zijn droog, veel aangevuld en beplant; de groote vijver alleen is overgebleven. Het pachthof van het kastel is in woningen veranderd, blijft nog de ingangspoort die het jaartal 1469 draagt. De goederen zijn verbrokkeld en in kleine percelen aan de inwoners verkocht. De heerlijkheid van Esschenbeek heeft het lot van de groote rijken dezer aarde ondergaan; zji is verdwenen. Zij heeft plaats gemaakt voor de parochie, het kasteel is vervangen door de kerk.

HET KASTEEL

Wat het kasteel aangaat: het was voorzeker een bouw van de 13de of 14de eeuw - want de poort was een gotische deur met ijzer egge en ophaalbrug. Het kasteel was dan met water omringd. Men weet uit een verkoopakte van 1516 dat het kasteel een toren in kareel was, omgeven met water. -Zo zal het kasteel inderdaad geweest zijn. Ik heb het kasteel zien staan (schrijver van de geschiedenis): Het was te midden van een uitgedroogde vijver; nu nog rottering met moerasse gras overwassen, dat de inwoners huurden en gebruikten. Eigenlijk was het kasteel een toren: de inwoners noemden hem nog door de overlevering 'den toren'. Het kasteel had dan al de hoedanigheden van een slottoren. Immers in de middeleeuwen maakten de groote eigenaars en de Heeren bijna geen verblijfplaatsen of 'kastelen' zonder ze te versterken en daarom bouwde men ze ofwel op hoge bergen ofwel op de rivieren om ze met vijvers te kunnen omringen tot verdediging tegen de inloop van baanstropers of andere aanranders. Doch wij hebben gelezen in de vermelde akte van oprichting dat het kasteel van Esschenbeek voor 1619 zelf diende tot verdediging der stad Halle tentijde der onlusten in de 16de eeuw. Het kasteel was hier beschut door verschillende vijvers; een dezer vijvers bestaat nog, deze welken men hedendaagsch 'de vijver van Esschenbeek' noemt. Hij lag nevens de kom van het kasteel en is zeer visrijk. Die kom bestaat nu nog maar heeft geen water meer. Van het kasteel liep er een groten langen vijver tot aan de fontein van Esschenbeek. Deze is met hout beplant en een weg loopt er neven. Tusschen deze weg en de Kasteelstraat en verder naar de Halleweg was alles bosch tot aan de Steenstraat. Het bosch is uitgeroeid en wordt bebouwd. Achter het kasteel lag een grote boomgaard die sedert 1880 land is. Voor het kasteel stond het pachthof waarvan de schuren afgebroken zijn; van het overige zijn huizen gemaakt. ..Het schijnt dat de doorgang naar het kasteel langs het pachthof was. Ook was de poort van dit pachthof zeer schoon volgens hetgeen er nu nog staat. Het kasteel besloeg volgens het kadaster van oppervlakte 4 a 10 ca. De grond was een rechthoek zo 21 m binnenkant lang en 7 à 8 m breed en op de lengte in de drie percelen verdeeld. Het middelste was breder dan de 2 andere en kwam ook 2 meters vooruit naar den voorkant. Op dit perceel stond de toren die wel 9 à 10 op 9 à 10 groote zal hebben gehad. Op de twee zijpercelen hingen twee afhangen. Het puntje van hun dak kwam tot aan het 2e verdiep van de toren. Onder den afhang van de linkerkant was de genoemde prinsenkamer... Onder de andere afhang was waarschijnlijk de geriefkamer van het kasteel. Boven den gelijkvloers van die afhang was van elke kant de zolder onder het dak. De ingang van de toren was dan zeer schoon; een ogivale schone poort opende in de schone parvis of voorplaats. Ik zie nog voor ogen de schone gewelfbogen; den gewelfsleutel en dan dat schoon witsteenogivaal kapelletje dat rechts in het zicht sprong. ...Waar zijn die schone dingen toch bij de afbraak heen gegaan? ...Dan links had men de deur van de grote zaal vanwaar men links in de prinsenzaal ging en rechts in de andere plaatsen. De kelders waren zeer groot en waren verlicht en verlucht, rondom, door schietvensters boven het water. De schietvensters van het kasteel waren van binnen zeer breed om verschillende mannen te kunnen laten schieten, en van buitenkant maar nauwelijks 8 centiemeters opening om hun pijlen er door te laten. Op de rechterhand -in de hoek van de voorplaats -was er een steene trap die leidde naar de 2 verdiepingen en naar de zolder. Deze plaatsen hadden loervensters en op de zolder waren alkoven in de 4 muren...Het kasteel ...van de buitenkant: De poort was in schoonen uitgebeitelden blauwe steen. De gelijkvloers en de verdiepingen waren van malkander afgescheiden door een schoonen corridor. De zolder was een weinig uitwaarts gebouwd, zodat hij rondom wel15 cm uitstak. De overgang tot dit werk was met schoone randkanteeltjes versierd...

PAROCHIAAL LEVEN VOOR 125 JAAR Jaar 1899

De bevolking der parochie op 31 Mei was 2.250 zielen -voor het openbaar bijna allen katholieken; eenigen maar leggen andere gevoelens aan de dag. Het getal communicanten beliep tot 55. Er waren dit jaar 98 dopen en 21 huwelijken. E.H. L. Horgenon, de eerste pastoor is geboren te Heme bij Edingen de 16 Okt 1841. Er bestaat in de kerk van Esschenbeek het broederschap der gedurige aanbidding, vastgesteld op 27 Aug tot gedachtenis der inleiding van de eerste pastoor. Er bestaat ook een zondagschool voor jongens en meisjes. Een Congregatie van Maria voor de meisjes die 17 jaar oud zijn. Verder een Congregatie der 3de orde voor het mansvolk, waar 25 leden in zijn en een voor het vrouwvolk, waar 56 leden in zijn. In de zondagschool zijn 100 meisjes en 100 jongens. In de Congregatie zijn 30 dochters van boven de 17 jaar. In het apostolaat des gebeds en in de H. Rozenkrans is de gansche parochie. Op de processieweg staan 5 kleine kapellen waaronder een zeer oude op de oude baan van Waterbrakel naar Halle. Allen zijn toegewijd aan Maria, uitgenomen één aan Sint Jozef. Een 6de kapel staat op de grens van Esschenbeek en Lembeek -aan Sint Veroon toegewijd, daar waar de bedevaart van Sint Veroon jaarlijks de 2e Paasdag omtrent 8 uur 's morgens doorgaat met de plechtige relikwiekast. De kapel staat op Esschenbeek. Op voormelde processieweg bestaat ook een groot kruis waarop men Calvair zegt.

ONTSTAAN VAN DE STRAATNAMEN

WARANDE.
Naam gegeven aan de inzinking die de vroegere vijvers van het Kasteel vormden. Loopt van aan het kasteel tot aan het torentje in de Steenstraat. Het woord 'Warande' betekent in de vroegere eeuwen: Plaats of ruimte waar men het vee ophield.De 'lske' lag achter de Warande, richting Steenweg naar Nijvel. lske of lsche (oud-keltisch) is een stuk land of weide of heide, dat gemeenzaam goed was, waar .de bewoners van een dorp hun vee lieten grazen. De naam 'Esschembeek' en later 'Esschenbeek', Essenbeek, komt zeer waarschijnlijk van deze 'lske'.

KASTEELSTRAAT.
Zo genaamd omdat hier de ingang van het kasteel was.

STEENSTRAAT
Ontleent haar naam aan een gebouw met gekanteelde uitkijktoren, eindpunt der verdedigingslijn gevormd door de vijvers. Nu dient het gebouw als woonhuis. Het torentje is verdwenen. In de nationale Bibliotheek van Brussel bestaat er nog een plan van. Het geheel werd: 'Steen' genoemd omdat het in gebakken steen was opgetrokken, in tegenstelling met gebouwen aan de plaatselijke bewoners toebehorende die in kleem of zavelsteen waren gebouwd.

KLEEMSTRAAT.
Heette vroeger Zavelstraat, omdat ze leidde van het kasteel naar de openbare zavelput, recht over de tegenwoordige beschermde plaats 'De Floere'. Ze werd door het volk herdoopt in 'Kleemtraat' omdat ze in de nabijheid van de 'Maalpot' (nu Devillestraat) zo slijkerig was als gevolg van de kareelbakkerij die daar jaren na elkaar werd uitgebaat voor de noodwendigheden van het kasteel.

ZAVELSTRAAT.
Heette vroeger 'Doodeweg' omdat ze leidde naar de dodenakker (der pestlijders), gelegen achter het kapelleke boven de hogervermelde zavelput. De tegenwoordige benaming komt van de geweldige massa zavel die langs daar afspoelde bij regenbuien en Boterham en Borreweg overstroomden. Ook hier liet de kritische geest van het volk zich gelden.

KROMSTRAAT.
Was de oude baan van Halle naar Luik. Deze vertrok in Halle over het Vondel in rechte lijn naar Essenbeek. De vaart, in gebruik gesteld in 1827 , en de ijzeren weg, pas later aangelegd, waren nog geen belemmering. De baan liep dus over de tegenwoordige Nijverheidsstraat en Lusthuizenlaan en de Kromstraat. AIs de vaart gegraven werd, bleef er slechts een 'Waggelbrugge' over. Bij het aanleggen van de spoorweg werd de overgang nog meer belemmerd. Het groot verkeer gebeurde sindsdien langs de grote brug aan de 'Boschpoort', Broekborre en de Luikerbaan. Om in het dorp te belanden moesten de werklieden dan nog den bocht maken over den Boterham. Het was dus werkelijk een 'Kromstraat'

HALLEWEG
Was de kortste weg naar HaIle. -voor het gerij echter gesloten bij al de lang aanhoudende regens of bij dooiweder ( dooibarelen -sluiting der barelen). Dit was nog in voege in 1890. Sindsdien is de weg gekasseid -en als verkeersweg is hij belangrijker dan de vroegere Luikerbaan (Kromstraat).

BORREWEG
Was de weg naar den 'Aemborre', van aan de reeds vroeger volgebouwde Boterham... naar deze bron, liep ook een wegeltje van aan de Dreef.

STICHTING VAN DE PAROCHIE

De laatste kasteelheren hebben het kasteel weinig of niet bewoond, zoodat zich hier niemand met de bevolking bekommerde, onder geestelijk opzicht vooral was deze verlaten.Het gehucht Essenbeek, gelegen op het grondgebied der stad HaIle, beslaat een oppervlakte van 1.045 Ha, waarvan over vijftig jaren omtrent de 213 bos waren. In 1874 telde men er een bevolking van 1.560 inwoners; het lag eenzaam, verlaten nevens Haller- en Kapittelbos en onmogelijke wegen scheidden het van de stad en de parochiekerk (nota: deze was toen de basiliek van HaIle). Het onderwijs was er zeer gebrekkig ingericht. De ouderlingen herinneren zich nog de komst van den eersten onderwijzer, die dan een gemengde klas opende voor jongens en meisjes.Op de Zondagen kwam een onderpastoor van HaIle den Rozenkrans bidden en Catechismuslessen geven aan de kinderen in de toren van het oud kasteel. Dit was al wat er bestond tot ontwikkeling der bevolking. In 1873 werd door Mgr. Du Roussaux, HaIlenaar van geboorte, de welwillende en herderlijke aandacht van de kerkelijke Overheid op dien droeven toestand getrokken.In juli 1874 werden het koninklijk besluit en het bisschoppelijk decreet van de stichting der parochie afgevaardigd.Op 27 augustus werd de ijverige pastoor-stichter B.H. Borgenon ingehaald.

DE EERSTE SCHOOL

In de jaren 1820 tot 1830 bestond in Esschenbeek geen school; aIleen ontrnoette men hier en daar een fabriekwerker of dagloner die er toe gekomen was 't een of 't ander gebed van zijn kerkboek te kunnen lezen. Een van die moedige werkers was Andries Deconinck, zager van beroep. Bij deze was het dat Wauters Nicolas, houthakker, 's avonds ging leren lezen. Zulke meester noemde men 'opzegger'. Omstreeks de jaren 1828-1829 opende Wauters een school in zijn huis, waar hij enige leerlingen verenigde en hun leerde schrijven, lezen, maar vooral veel catechismus. Bij het ambt van onderwijzer voegde hij de landbouwersstiel. Zijn klas duurde van 9 tot 12 u. en van 1 tot 4 u. zonder speeltijd. In de omliggende gemeenten moesten er geen scholen bestaan, want de lessen van Nicolaas Wauters werden niet alleen gevolgd door kinderen van Essenheek, maar ook door inwoners van de Malheide, van Wauweringen, den Broekborre, Rodenem en Kesterbeekhos. Dat Wauters aan orde en stilzwijgen grote waarden hechte, blijkt uit de strenge straffen die hij de overtreders oplegde: stokken werden er met tientallen op de rug en vingers verbrijzeld. Voor een begane fout moest een leerling uren lang kareelstenen hoven zijn hoofd houden; of voor de klas op een stuk hout zitten met scherphoekige ribben. Hij die klapte en de orde stoorde kreeg een van papier of karton nagemaakte tong om den hals en moest daarmee de klas rondwandelen tot dat het hem gelukte ze aan een andere babbelaar af te geven...

DE KERK

Is aanbesteed geweest dan 11 Januari van het jaar 1886, gebouwd en voltrokken in 1887 en 1888. Vroeger gaf men catechismus aan de kinderen Zondags en een onderricht aan de grote mensen in de grote zaal van het kasteel. In 1874 hij de oprichting der parochie werd een voorlopige kapel gebouwd die in 1888 afgebroken werd hij het intreden der kerk. De kerk is een mengeling der drie gotische tijdstippen met enige willekeurige ornamenten -doch zeer sterk gebouwd.De vorm van het grondplan is een latijns kruis; de grote delen der kerk zijn: de grote beuk, de kruisbeuk en de 2 zijbeuken, de koor en de toren. De toren is vierkant en staat tegen de westgevel van de kerk; hij bevat de grote deur der kerk en het hoogzaal.Het orgel is het oude orgel der grote kerk van Halle. De kerk bevat ook twee houten heelden van de H. Jozef en H. Franciscus.

DE PASTORIJ

Is oppervlakkig gotisch, zij werd gebouwd in 1876 en 1877. Zij werd aanbesteed voor 21.000 F (rekening houdend met de duurte van die tijd).In de loop der jaren zijn er geen veranderingen aan geschied, tenzij een paar kleine aanpassingen aan de achterkant.

ESSENBEEK ...NU!

Een parochie gelegen in een oase van groen ! Dicht hij de hoofdstad slaagde ze erin ook in deze tijd 'n echt gemeenschapsleven verder uit te houwen. Rond het ongeveer 110 jaar oude kerkgebouw leeft en viert een gemeenschap, dankhaar om het voorhije, maar met een zicht op de toekomst. Onze verschillende verenigingen staan er borg voor.

laatst gewijzigd op maandag 28 augustus 2006 om 11:26

header Essenbeek